skip to Main Content

Orthodontist

Een behandeling van het melkgebit heeft nauwelijks invloed op het blijvende gebit. Het eerste bezoek aan de orthodontist van het schisisteam is dan ook meestal rond het zesde levensjaar, als de eerste tanden gaan wisselen.

De orthodontist houdt zich bezig met de stand van het gebit en de groei van de kaken. Hij maakt daarvoor röntgenfoto’s van gebit en kaak en afdrukken van het gebit. Op de röntgenfoto’s kan de orthodontist zien welke tanden en kiezen zijn aangelegd. Hij maakt samen met de mond- kaak- en aangezichtschirurg (MKA-chirurg, voorheen kaakchirurg) een inschatting wanneer de kaaksluiting zal plaatsvinden.

Beugel

Ter voorbereiding van de kaakoperatie kan de orthodontist een beugel plaatsen in de bovenkaak. Dat is meestal een vaste beugel (blokjesbeugel: een beugel met slotjes).

Verdere behandeling door de orthodontist gebeurt meestal wanneer het blijvende gebit geheel is doorgebroken. Dat is rond het dertiende levensjaar van je kind. De orthodontist richt zich dan op het rechtzetten van het gebit met behulp van een beugel. Soms is het nodig dat je kind ‘s nachts een buitenbeugel draagt.

De behandelwijze door de orthodontist hangt af van de ontwikkeling van de kaak en het gebit van je kind.

Back To Top